In deze paragraaf bieden we extra handvatten om van oorzaken tot een implementatieplan te komen.Voor stap 4 uit je A3, is het namelijk nodig dat je een oorzakenanalyse uitvoert. En in stap 5 kom je tot het implementatieplan. Deze oorzakenanalyse en tegenmaatregelen-analyse worden gedaan in zogenaamde Kaizen-events.
Maar wat is Kaizen eigenlijk?
Kaizen: Verandering ten goede
Kaizen is een Japans woord dat letterlijk “verandering ten goede” betekent. Het is een filosofie en methodologie die gericht is op continue verbetering van processen, systemen, producten, en diensten door middel van kleine, incrementele verbeteringen. Kaizen vormt de basis van Lean en Six Sigma en benadrukt de betrokkenheid van alle medewerkers, van de werkvloer tot het management.
Kernprincipes van Kaizen:
Kaizen wordt vaak toegepast via Kaizen-events, korte en intensieve workshops waarin specifieke problemen worden aangepakt en oplossingen worden geïmplementeerd. Andere veel voorkomende momenten waarop een kaizen-event wordt in gezet zijn:
De visgraatdiagram, ook wel bekend als Ishikawadiagram, biedt een gestructureerde manier om de relaties tussen de verschillende factoren die het probleem veroorzaken, weer te geven. Door de verschillende categorieën, zoals mensen, processen, materialen en omgeving te identificeren, kan je een beter beeld krijgen van de mogelijke oorzaken van het probleem, gericht op de verschillende categorieën. Deze worden in een brainstorm opgehaald bij de SME’s (Subject Matter Experts) door jou als facilitator. Voordat je deze sessie uitvoert, heb je al door de 3 stappen hiervoor al beeld gekregen bij:
Het is van belang om deze informatie scherp te hebben, voordat je de brainstorm instapt. Hier heb je namelijk ook al voldoende inzicht gekregen in mogelijke oorzaken en het zou dan zonde zijn als je deze informatie niet meeneemt. Maar hoe zet je deze sessie precies op?
Voorbereiding van Kaizen-event
Tijdens het event
In het voorbeeld hiernaast zie je dat er 6 categorieën of thema’s worden gebruikt om de brainstorm uit te voeren.
Maar het is absoluut geen vereiste om per sé deze 6 M’s aan te houden. Als er specifieke thema’s bekend zijn, mag dat ook. Zorg ervoor dat je thema’s kiest die zoveel mogelijk perspectieven over het probleem naar voren kunnen halen. Hieronder zie je een voorbeeld waar de 6 M’s niet zijn gebruikt.
Als alle post it’s op de visgraat hangen is het taak om degene die bij elkaar horen te clusteren. Dit geeft ook al beeld over wat er veel leeft. Vervolgens tel je het unieke aantal oorzaken en deel je dit aantal door 3. De uitkomst is het aantal stemmen dat elke deelnemer heeft. De stemmen mag hij gebruiken om aan te geven hoe belangrijk deze oorzaak is relaterend aan het probleem wat is gesteld. Het aantal stemmen mag verdeeld worden over de ideeën en er mag dus ook voor gekozen worden om meer stemmen te geven op 1 idee.
Ga daarna tellen waarop gestemd is en maak daar een lijst van hoog naar laag. Daar kan misschien een top 10 uitkomen of een top 5. Vanaf dit punt kun je het Pareto-principe toepassen, dat waarschijnlijk zo’n 20% van de oorzaken al tot 80% van het probleem veroorzaken.
Wat er overblijft kan er dan bijvoorbeeld uit gaan zien zoals hieronder.
In de praktijk wordt de “5 keer Waarom-methodiek’ en het visgraatdiagram vooral toegepast in de Plan fase van de PDCA-cyclus. De twee methodieken worden ook vaak in combinatie met elkaar toegepast. Bij een visgraat diagram inventariseer je de verschillende oorzaken van het probleem. De verschillende oorzaken cluster je in de verschillende categorieën (visgraten). Vervolgens pas je op elke oorzaak de ‘5 keer Waarom’ toe.
De vijf keer waarom kan gezien worden als een vuistregel. Als je al eerder bij de grondoorzaak bent, kan je stoppen. En andersom ook als je na vijf keer nog niet het gevoel hebt dat je de grondoorzaak te pakken hebt, stel de waarom vraag dan nog eens.
Stel de vraag ook om begrip te krijgen over wat men opschrijft. Want met steekwoorden kunnen oorzaken soms anders begrepen worden.
Het uiteindelijke antwoord op een 5x-waarom vraagt lijkt soms op een te simpel antwoord uit te komen. Dat wil niet zeggen dat het niet klopt. Als dit het echte antwoord op de vraag is, dan moet je daar niet omheen draaien.
De 5′ Times Why, in het Nederlands ‘5 keer Waarom’ wordt gebruikt om de onderliggende oorzaken van een probleem te achterhalen. De ‘5 keer Waarom-methodiek’ is een eenvoudige en effectieve manier om tot de kern van een probleem te komen. Door 5 keer achter elkaar de “Waarom” vraag te stellen zal de oorzaak van het probleem duidelijk worden. Als je niet goed de oorzaken van het probleem achterhaalt, kan het zijn dat je het probleem maar half of helemaal niet oplost.
Hiernaast zie je een filmpje waarbij ze het ‘5 keer Waarom-methodiek’ hebben toegepast en tot een effectieve oplossing zijn gekomen.
Follow-Up
Na een Ishikawa-sessie heb je een duidelijk overzicht van de kernoorzaken van een probleem. De volgende stap is het verzamelen van zoveel mogelijk ideeën die zouden helpen bij het oplossen van dit probleem. Wederom via een brainstorm. Als er voldoende tijd en energie is geweest in de vorige sessie om deze op te doen is dat optioneel, maar let op dat het einde van een sessie geen afraffelen wordt.
Als er in de nieuwe brainstorm per oorzaak tal van nieuwe ideeën zijn gegenereerd dan wordt het tij om deze te prioriteren middels de Effort-Benefit Matrix. Deze eenvoudige maar krachtige tool helpt om ideeën te beoordelen op basis van de inspanning die nodig is om ze uit te voeren (effort) en de verwachte voordelen (benefit) die ze opleveren.
Hoe gebruik je de Effort-Benefit Matrix?
Voorbereiding:
Indelen in de matrix:
Prioriteren:
Na het prioriteren van de tegenmaatregelen met de Effort-Benefit Matrix, is het belangrijk om deze verder uit te werken in een implementatieplan. Dit plan bevat niet alleen de tegenmaatregelen, maar ook de bijbehorende acties die nodig zijn om deze maatregelen succesvol te implementeren. Door duidelijke afspraken te maken en concrete acties te definiëren, zorg je voor structuur en een gezamenlijke focus.
1. Business Case
Voorbeeld:
Tegenmaatregel: Ontwikkelen van een checklist voor klanteninformatie.
Business Case: Wachttijden verminderen met 20% door incomplete aanvragen te voorkomen. Kosten: €500 (ontwikkeling en tijd), verwachte besparing: €5.000 per jaar.
2. Acties koppelen aan tegenmaatregelen
Geef deadlines voor elke actie om de voortgang te waarborgen.
Tegenmaatregel | Acties | Wie | Wanneer |
---|---|---|---|
Checklist ontwikkelen | Ontwerpen van checklist | Medewerker A | Binnen 1 week |
Testen van checklist met 5 klanten | Medewerker A | Binnen 2 weken | |
Feedback verwerken in definitieve versie | Medewerker A | Binnen 3 weken | |
Ticketsysteem verbeteren | Analyse workflow | IT-afdeling | Binnen 1 maand |
Configureren nieuwe instellingen | IT-afdeling | Binnen 1,5 maand | |
Training voor medewerkers | Teamleider | Binnen 2 maanden |
3. Beoogd effect (in getallen, waar mogelijk)
Voorbeeld:
Tegenmaatregel | Beoogd effect |
---|---|
Checklist ontwikkelen | 20% minder wachttijd |
Ticketsysteem verbeteren | 30% snellere verwerking |
Medewerkers trainen | 15% minder fouten in invoer |
4. Overzicht in een Implementatieplan
Combineer de bovenstaande onderdelen in een overzichtelijk implementatieplan. Dit biedt inzicht in zowel de tegenmaatregelen als de acties die nodig zijn om ze te realiseren.